Les Halles de Schaerbeek — Brussel —

Splash timer

Geschiedenis

De Hallen zijn een voormalige overdekte markt, volledig bekleed met glas en staal. Ze zijn al bijna 50 jaar een must in het culturele landschap van Brussel, België en Europa.

Dankzij de ruimtes met de ongeëvenaarde volumes bieden de Hallen een ideale ruimte om de voorstellingsvormen opnieuw uit te vinden en verder te gaan dan de klassieke indeling tussen de artiesten aan de ene kant en de toeschouwers aan de andere kant.

Door de werking helemaal om te gooien, gaan de Hallen mee met de drang naar egotistische of collectieve participatie en engagement, dat kenmerkend is voor het digitale tijdperk. Ze staan open voor de hoop en de hedendaagse omwentelingen, van de wijk tot de hele wijde wereld, en ze zoeken naar het beste van een Europa dat altijd op zoek is naar zijn lot: het verkennen van nieuwe passies, de rede die het avontuur zoekt, de grootste vrijheid van handelen.

Dans, circus en hybride vormen komen samen om momenten van plezier, delen en emotie aan te bieden.

Tegelijk wordt er geëxperimenteerd met atypische projecten, waarbij professionals, studenten, amateurs gedurende drie dagen of zelfs drie weken worden uitgenodigd op evenementen die een mengeling zijn van volkse en wetenschappelijke vormen, reflectie en direct te gebruiken, buiten de klassieke formaten van de voorstelling: Foire-Attraction, Salon de la CIA of Salon de l’Astronautique de Plaisance, L'assemble d'avril of Bruxelles-Africapitales.

Last but not least, de Hallen begeleiden opkomende artiesten door middel van een sterk coproductiebeleid voor de gezelschappen in België en Europa en een gedelegeerde productie voor de gezelschappen van de Federatie Wallonië-Brussel.

Belangrijke historische mijlpalen

1865: Bouw van de overdekte marktplaats Sinte-Maria

1898: De markt wordt verwoest door een brand

1901: Feestelijke opening van de nieuwe overdekte markt

1920: De markt wordt niet langer gebruikt als markt maar als gemeentemagazijn, garage.

1973: Jo Dekmine stelt een team samen (Philippe Grombeer, Daniel Colardijn, Hubert Dombrecht, Alain La Sante) om na te denken over het plan van een onafhankelijk cultureel centrum. Die werkgroep wordt opgericht in januari 1974.

1975: Aankoop van het gebouw door de "Franse Commissie voor Cultuur van de Brusselse Agglomeratie" (het huidige COCOF).

1983: Opzetten van een netwerk van de Hallen op Europees niveau met de oprichting van Trans Europe Halles. Van 1972 tot 1984 volgen negen ministers van Cultuur elkaar op en uiteindelijk wordt het project stabiel dankzij de eerste institutionele beloftes. Begin jaren '80 wordt het gebouw verkocht aan de Federatie Wallonië-Brussel.

1984: De eerste fase van de werken die uitsluitend gewijd zijn aan de redding van de Hallen (glaswerk, vloertegels, roestbehandeling, sanitair). Duur: anderhalf jaar.

1991: De Hallen verwerven de status van Europees Cultureel Centrum van de Franse Gemeenschap.

1994: Toezegging van een renovatiebudget voor de Hallen.

1996: Eind november, nieuwe opening van de Grote Hal.

1998: Eerste vijfjarige programmaovereenkomst. Dit biedt de Hallen zekerheid en vergroot hun ondersteuning.
De Kleine Hal wordt gerenoveerd.

2002: Philippe Grombeer, directeur en initiatiefnemer van deze locatie, verlaat de Hallen na 28 jaar om het Théâtre des Doms te leiden.

2003: De tweede vijfjarige programmaovereenkomst.

2004: De vzw viert haar dertigjarige bestaan onder leiding van Annick de Ville.

2005-2012: Fabienne Verstraeten, directrice van de Hallen, werkt een programmatie uit gericht op de Arabische werelden, steunt en beheert twee grote multi-operatorprojecten - Masarat-Palestine en DABA Maroc - en zet de programmatie van circuskunsten, hedendaagse dans en performances voort, en consolideert de Europese programma's waarvan de Hallen het netwerkhoofd zijn.

In november 2012 neemt Christophe Galent de leiding van de Hallen over. Hij breidt de programmatie uit, met meer nadruk op het circus en de dans. Hij omringt zichzelf met geassocieerde artiesten en laat de disciplinaire grenzen vervagen. Hij start een ambitieus beleid van coproducties en gedelegeerde producties, terwijl hij experimenteert met nieuwe verhoudingen tussen de makers en het publiek.